Jaarbeeld
Kennis en Zorgcentrum Genderdysforie
2023 – 2024

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Voorwoord

door bestuur Kennis en Zorgcentrum Genderdysforie

Als Kennis en Zorgcentrum Genderdysforie (KZcG) ondersteunen en behandelen wij mensen die ervaren dat hun geboortegeslacht niet overeenkomt met hun identiteit of hoe zij zich voelen. We bieden zorg die zorgvuldig wordt afgestemd op de unieke behoeften van ieder individu. Daarbij hebben we aandacht voor de ingewikkelde vraagstukken die soms spelen in deze zorg. Daarnaast leiden wij nieuwe zorgprofessionals op en doen we onderzoek naar onder andere de effecten en bijwerkingen van behandelingen. Zo blijven we de transgenderzorg verbeteren op basis van de allernieuwste inzichten. Amsterdam UMC heeft internationaal een vooraanstaande positie op het gebied van genderdysforie en genderincongruentie. We delen deze kennis met artsen, onderzoekers en collega’s over de hele wereld. 

De zorg voor genderdiverse mensen is in toenemende mate onderwerp van het politieke en maatschappelijke debat. Met name het ‘Dutch protocol’, (interventie met puberteitsremming bij genderdiverse jongeren) en de wetenschappelijke onderbouwing daarvan krijgt veel aandacht. Eind 2023 startte, op verzoek van de minister van VWS, de Gezondheidsraad een onderzoek naar de wetenschappelijke kennis over de (lange termijn)gevolgen van puberteitsremmers en genderbevestigende hormoonbehandelingen voor zowel de fysieke als mentale gezondheid.

Binnen dit veranderende landschap gaf KZcG veel uitleg en opleiding over wetenschappelijk onderzoek, inzichten en uitdagingen bij deze zorgvuldige zorg. Dit gebeurde zowel in (internationale) media als binnen opleiding en nascholing aan diverse betrokkenen in het genderzorgveld. Daarnaast werkte KZcG met veel andere instellingen samen, om bij te dragen aan meer toegankelijke transgenderzorg in netwerkverband.  

Dit jaarbeeld biedt een overzicht van de ontwikkelingen die we als KZcG hebben doorgemaakt in de afgelopen twee jaar. 
We danken iedereen die zich inzet voor genderdiverse personen en kijken ernaar uit om, samen met onze partners en cliënten, door te werken aan zorg die zorgvuldig, multidisciplinair en wetenschappelijk onderbouwd is. 

 

Bestuur Kennis- en Zorgcentrum Genderdysforie
drs. A. Wensing-Kruger 
prof. dr. M. Bouman 
dr. S.E. Hannema

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Organisatiestructuur

 

Het Kennis- en Zorgcentrum voor Genderdysforie (KZcG) biedt multidisciplinaire zorg, waarbij medische en psychologische specialismen nauw samenwerken. Betrokken afdelingen zijn onder andere kindergeneeskunde, endocrinologie, gynaecologie, KNO, plastische chirurgie, urologie, psychiatrie en medische psychologie. Binnen KZcG zijn ruim 160 mensen werkzaam die vanuit verschillende disciplines zorg leveren, en gezamenlijk zorgen zij voor een zorgtraject dat zowel de medische als psychologische behoeften van de patiënten ondersteunt.

Bestuur & werkplekmanagement

Het bestuur van het Kennis- en Zorgcentrum voor Genderdysforie (KZcG) is verantwoordelijk voor de multidisciplinaire afstemming tussen de betrokken afdelingen, de kwaliteit van het zorgpad en het beheren van een integrale begroting. Het bestuur zet zich ook actief in voor kennisdeling en de uitbreiding van het transgenderzorgnetwerk in Nederland. 

  • drs. A. Wensing-Kruger, voorzitter, medisch psycholoog en hoofd sectie Gender en Seksuologie 
  • prof. dr. M. Bouman, plastisch chirurg en afdelingshoofd Plastische Chirurgie 
  • dr. S.E. Hannema, kinderarts-endocrinoloog 

Op de ‘Genderpoli’ (poli N) wordt het dagelijks werkplekmanagement verzorgd door: 

  • M. van der Zaan, teamleider polikliniek 
  • dr. T. Klooker, endocrinoloog 
  • dr. T.D. Steensma, GZ-psycholoog 

 

 

 

 

 

 

 

Samenwerkingsrelaties

 

Amsterdam UMC heeft een belangrijke rol in zorgspreiding binnen de transgenderzorg. ‘De juiste zorg op de juiste plek’ is het uitgangspunt voor de zorg in regionale en bovenregionale netwerken. Het KZcG staat in nauw contact met netwerkpartners en met diverse stakeholders in de transgenderzorg. Wij onderhouden relaties met andere gendercentra in binnen- en buitenland, ggz-instellingen, ziekenhuizen en diverse zorgverleners en met de patiëntenvereniging, belangenorganisaties, plaatselijke en landelijke politiek, verzekeraars en verschillende toezichthouders.  

Landelijk platform transgenderzorg

De afgelopen jaren is de zorgcapaciteit landelijk wat toegenomen, maar de tekorten zijn nog altijd fors. Met zorginstellingen die actief zijn in de transgenderzorg, het ministerie van VWS en verzekeraars is veelvuldig overlegd over een landelijk dekkend netwerk van transgenderzorg, dit heeft in 2024 geleid tot de oprichting van het landelijk platform trangenderzorg (LPT). Het LPT bouwt voort op het werk van de kwartiermaker transgenderzorg, die van 2018 tot eind 2022 de taak had om de wachtlijsten in de transgenderzorg terug te dringen. AmsterdamUMC is samen met Radboudumc en UMCG de oprichter van de stichting LPT.  

Netwerkpartners

Wij staan voor netwerkzorg en geloven in intensieve samenwerking met verschillende zorgpartijen om de best mogelijke zorg te bieden. Dit doen we door nauw samen te werken met zorgverleners uit de eerste, tweede en derde lijn. Dit heeft in 2024 er onder andere toe geleid dat we 200 mensen van onze wachtlijst konden halen omdat zij zorg bij onze netwerkpartners Zaans Medisch Centrum en GenderClinic konden ontvangen.    

Strategische alliantie Genderclinic

KZcG heeft zich de afgelopen jaren gericht op het uitbreiden van het zorgnetwerk, met een focus op tweedelijns chirurgie binnen de genderzorg. Dit is een belangrijke stap in het bieden van zorg op de juiste plek en het aanpakken van het capaciteitsprobleem binnen de genderzorg. In dit kader zijn er belangrijke stappen gezet in de uitwerking van een strategische alliantie met GenderClinic.   
Door de reeds bestaande samenwerking zijn de wachtlijsten voor mastectomie en secundaire correcties genderchirurgie tot een minimum gereduceerd. Medio 2024 is ook gestart met de uitvoering van vaginaplastieken in Genderclinic, hetgeen de wachttijd in rap tempo doet afnemen. We streven ernaar deze situatie te behouden en tegelijkertijd uit te breiden met andere chirurgische ingrepen.

Patiëntenzorg

Multidisciplinaire genderbevestigende behandeling wordt in nauw overleg met de zorgvrager aangeboden. Tijdens een diagnostische fase wordt onderzocht wat een persoon nodig heeft om zich op het gebied van gender volledig zichzelf te kunnen zijn. Dit varieert sterk per individu. Het behandeltraject en de wensen met betrekking tot de behandeling verschillen dan ook van persoon tot persoon. Sommigen kiezen alleen voor hormoonbehandeling, terwijl anderen ook genderbevestigende operaties wensen. Samen wordt gezocht naar de behandeling die het beste aansluit bij de wensen van de zorgvrager. Een medisch transitietraject duurt doorgaans meerdere jaren.

Toenemende zorgvraag en wachtlijstproject

Op dit moment ontvangt het KZcG circa 100 nieuwe aanmeldingen per maand. Een groot deel hiervan staat ook bij andere zorgaanbieders op de wachtlijst, of is daar reeds in zorg. De precieze oorzaken van de toename is moeilijk aan te geven, deels zou dit kunnen komen doordat mensen met een zorgvraag nu beter de weg vinden dan voorheen, waarbij meer aandacht, acceptatie en bewustwording in de maatschappij een rol zou kunnen spelen. Een deel zou ook verklaard kunnen worden door vroege verwijzingen omdat men zich bewust is van de lange wachttijd. Een andere verklaring is dat de verwijzingen naar Amsterdam toenemen doordat er ook externe partijen een deel van de genderzorg aanbieden en later in het traject mensen naar AUMC verwijzen, de capaciteit landelijk is dus toegenomen (maar niet voor alle delen van de genderzorg, zoals chirurgie).  

Ook ziet het KZcG dat er andere aanmeldingen binnenkomen dan vroeger. Het concept gender is minder binair geworden (de behandelingen waren vroeger erg binair gericht, men doorliep een vermannelijkend of een vervrouwelijkend traject). Gender wordt nu meer als een spectrum gezien. Personen die zich niet ofwel als man ofwel als vrouw identificeren, melden zich de afgelopen jaren meer aan (hiermee wordt de populatie dus groter). 

Om te komen tot optimale benutting van de beschikbare capaciteit en om meer zicht te krijgen op de zorgvraag voor de komende jaren is in 2024 een project gestart om de zorgvraag van wachtenden op de wachtlijst in kaart te brengen.  

Veel wachtenden staan al lange tijd op de wachtlijst, en de zorgvraag kan met de jaren veranderd zijn. Het KZcG is daarom de gehele wachtlijst gaan afbellen om de zorgvraag uit te vragen. Op deze manier komen patiënten wanneer zij aan de beurt zijn op de juiste plek terecht. Ook kunnen zij op deze manier gemakkelijker doorstromen naar samenwerkingspartners. 

Genderraad

De genderraad is een patiëntenadviesraad die als doel heeft de kwaliteit van zorg binnen het KZcG te bevorderen. De raad geeft gevraagd en ongevraagd advies over zorg, wetenschappelijk onderzoek en andere onderwerpen binnen het KZcG. Hiertoe neemt de raad deel aan werkgroepen, beleidsdagen en vergaderingen van het KZcG. De genderraad staat voor persoonsgerichte zorg waarbij inclusiviteit in de breedste zin van het woord, samen beslissen en duidelijke communicatie centraal staan. In 2022 intensiveerde de samenwerking met de genderraad door een reeks ‘genderdialogen’ onder begeleiding van Bert Molewijk, ethicus bij de afdeling Metamedica. Het doel hiervan was te onderzoeken wat ‘goed samen beslissen’ is. Deelnemers waren zorgverleners, bestuur en werkplekmanagement van het KZcG en de genderraad. Verschillende ethische dilemma’s in de zorg rondom de thema’s zelfbeschikking, kwetsbaarheid en goed zorgverlenerschap passeerden de revue. Geleerde lessen uit deze dialogen worden toegepast in de klinische praktijk.

Steunpunt

Voor iedereen met vragen over genderidentiteit, genderexpressie en genderzorg, en voor degenen die behoefte hebben aan een luisterend oor, bestaat er sinds 2021 een laagdrempelig steunpunt binnen het KZcG. Het steunpunt is er niet alleen voor transgender personen (en personen die zoekend zijn naar hun genderidentiteit), maar ook voor partners, ouders, familieleden, hulpverleners, buddy’s en andere betrokkenen. Men hoeft geen patiënt te zijn van het ziekenhuis. 

De medewerkers van het steunpunt zijn ervaringsdeskundige professionals, de gesprekken zijn vertrouwelijk en anoniem, de informatie die wordt geboden is neutraal en gebaseerd op beschikbare kennis. Waar nodig wordt de vraagsteller verwezen naar andere organisaties, websites of zorgaanbieders.  

Het steunpunt werkt samen met het zorgteam, externe genderzorgaanbieders en de transgender community om de informatievoorziening (en de nood aan een luisterend oor) optimaal af te stemmen. Vaak terugkerende vragen en thema’s worden gesignaleerd en onder de aandacht gebracht van het KZcG. 

In 2023 en 2024 hebben ruim 850 mensen contact met het steunpunt opgenomen, een vergelijkbaar aantal met de jaren ervoor. Sinds de ingebruikname van een kamer op de Genderpoli in 2023 zijn ook fysieke bezoeken mogelijk (voordien kon men alleen via email, telefonisch of online een afspraak maken). Hiervan wordt in toenemende mate gebruik gemaakt. In 2024 ging het om 74 bezoeken. In veel gevallen betrof dit cliënten van de Genderpoli die door hun behandelaar op het steunpunt werden gewezen. 

Iets minder dan de helft van de contactzoekers meldde zich in verband met eigen gendervragen, ongeveer 1 op de 5 betrof ouders, en eveneens 1 op de 5 waren zorgverleners zoals psychologen, huisartsen, jeugdhulpverleners en buddy’s. Veel voorkomende thema’s waren psychische uitdagingen, genderbevestigende behandelingen, de wachtlijsten voor genderzorg en mogelijkheden om gelijkgestemden te ontmoeten. Ook uitdagingen in verband met een coming-out of transitie (in familiekring, op school of in het werk) en vragen over (aangepaste) kleding, hulpmiddelen, logopedie en ontharing kwamen veelvuldig ter sprake. 

Wetenschappelijk onderzoek

Om patiëntenzorg te bieden die in lijn is met de nieuwste kennis, wordt er wetenschappelijk onderzoek uitgevoerd binnen het veld van genderzorg. Dit onderzoek wordt vaak in internationale samenwerkingsverbanden uitgevoerd met partners wereldwijd. Het betreft zowel medisch inhoudelijk onderzoek als studies gericht op de verbetering van genderzorg. Dit heeft 2023-2024 geleid tot aantal publicaties en 9 promoties. Bovendien zijn er momenteel meer dan 27 promovendi die in de komende jaren hun promotie zullen behalen. Het wetenschappelijke onderzoek binnen de genderzorg richt zich op 4  thema’s: 

Genderidentiteitsontwikkeling

Het onderzoek naar genderidentiteitsontwikkeling richt op het beter begrijpen van genderidentiteit en genderincongruentie. Hiervoor worden gedurende het gehele traject en na afloop van de behandeling data verzameld bij kinderen, jongeren en volwassenen. De laatste jaren is er meer aandacht voor andere genderidentiteiten dan de klassieke binaire categorieën (man en vrouw). De invloed van deze gewijzigde maatschappelijke benadering van genderidentiteitsontwikkeling, genderpresentatie en trends in aanmeldingen voor transgenderzorg kunnen door continue dataverzameling goed gevolgd worden. Met behulp van hersendata wordt onderzoek gedaan naar de neurobiologische achtergrond van genderincongruentie. Tevens wordt onderzocht of de genderbevestigende hormoonbehandeling van invloed is op (ontwikkeling van) de hersenen. Een ander belangrijk onderzoeksthema is de ontwikkeling van genderidentiteit, genderrolgedrag en seksualiteit gedurende de levensloop bij transgender personen. Dit onderzoek geeft inzicht in factoren die een rol spelen bij de ontwikkeling van genderdiversiteit en is tevens van belang voor de inrichting van de zorg. Onderzocht wordt of verschillende ontwikkelingspaden onderscheiden kunnen worden en of als gevolg daarvan ook behoefte is aan verschillende zorgpaden. Dit wordt onder andere gedaan in het VIDI-onderzoek van Annelou de Vries naar transgenderzorg voor jongeren (800.000 euro voor onderzoek naar transgenderzorg jongeren | Amsterdam UMC.) 

De laatste jaren is er een toename in aanmeldingen voor transgenderzorg. Daarnaast is er een verschuiving in sekseratio: meer transjongens melden zich voor hulp. Verder onderzoek moet inzicht geven in de verklaringen voor deze toename en voor de verschuiving in sekseratio. Ook wordt de mentale gezondheid van genderdiverse kinderen, jongeren en volwassenen onderzocht. Hierbij is een specifieke link tussen autisme en genderincongruentie gevonden. Welke implicaties dit heeft voor behandeling en uitkomst wordt nader onderzocht.  

Uit onderzoek is bekend dat transgender personen kwetsbaar zijn voor suïcidale gedachten en gedrag. In samenwerking met de Rijksuniversiteit Groningen en 113 Zelfmoordpreventie wordt onderzoek gedaan naar een suïcidepreventie-interventie voor tansgender en genderdiverse jongeren en jongvolwassenen (T-ROTS Onderzoek | 113 Zelfmoordpreventie. Ook wordt deelgenomen aan een door ZonMW gefinancierd kennisnetwerk voor suïcidepreventie in het Sociaal domein (project over suïcidaliteit onder middelbare mannen en sociaal kwetsbaren). 

Een laatste belangrijk onderzoeksthema richt zich op de manier waarop besluitvorming in het medisch genderbevestigend traject plaatsvindt. Hierbij is aandacht voor wilsbekwaamheid bij adolescenten, zelfbeschikking en de medisch-ethische aspecten van samen beslissen. Zo promoveerde Karl Gerritse in 2023 op onderzoek naar ethische uitdagingen in de genderbevestigende zorg en samen beslissen. Lieke Vrouenraets promoveerde aan de Universiteit Leiden in samenwerking met Amsterdam UMC op onderzoek naar ethische dilemma’s en besluitvorming in de zorg voor transgender minderjarigen. Bij beide promoties werd tevens een symposium georganiseerd. 

Effecten van hormonale verandering 

Het onderzoek binnen het thema ‘hormonale effecten’ richt zich met name op de korte- en langetermijneffecten van hormoonbehandeling. Drie studies van het KZcG richten zich hierop:

  • de ACOG-studie kijkt met name naar langetermijneffecten van alle mensen die in het KZcG zijn behandeld. Hiertoe worden hun gegevens gekoppeld aan ziekteregistraties, zoals PALGA en CBS, zodat naar de incidentie van verscheidene aandoeningen kan worden gekeken. 
  • de ENIGI-ENDO-studie kijkt naar relatief korte termijneffecten (tot 3 jaar) van hormonen op tal van lichaamsprocessen en op subjectieve gevoelens. Uitkomstmaten zijn onder andere botdichtheid, lichaamssamenstelling, vetstofwisseling, borstontwikkeling en stemming. De ENIGI-ENDO-studie wordt uitgevoerd in nauwe samenwerking met centra in Gent, Florence, Oslo en Tel Aviv. 
  • In 2021 is ENIGI-ADOLESCENTS van start gegaan met een vergelijkbare opzet als ENIGI-ENDO. Deze studie richt zich op jongeren die starten met puberteitsremmers en/of behandeling met geslachtshormonen. Dit onderzoek wordt uitgevoerd in samenwerking met centra in Gent en Florence. Daarnaast zijn er studies naar relaties met beenmergvet, soa’s en hiv, seksuele tevredenheid, hormoonbehandeling bij non-binaire identiteiten, effecten van progesteron op borstgroei, mondgezondheid, nierfunctie, microbioom, veroudering, cognitie en slaap. 

In 2023 is David Doyle met een ERC Starting grant binnen de afdeling Medische Psychologie en het KZcG gestart met onderzoek naar de effecten van de hormoonbehandeling op sociale uitkomstmaten zoals relaties (AFFIRM relationships)

Promoties in 2023 en 2024:  

  • Marieke Tebbens promoveerde op onderzoek bij transgender personen naar de effecten van geslachtshormonen op vetverdeling 
  • Marianne van der Loos onderzocht behandeltrajecten en lange-termijn botontwikkeling van transgender adolescenten in het kader van het “Dutch protocol”. 
  • Margot Morssinkhof promoveerde in 2024 op onderzoek naar de effecten van geslachtshormonen op slaap en stemming. 

Genderbevestigende chirurgie

Het wetenschappelijk onderzoek binnen de genderbevestigende chirurgie heeft als algemeen doel de kwaliteit van deze zorg te verbeteren. Gedurende de laatste 10 jaar gebeurt dit steeds meer door participatief onderzoek waarbij wordt gekeken naar de behoeften van transgender en genderdiverse personen, bijvoorbeeld op het gebied van informatievoorziening, individuele behandelwensen, begeleiding en nazorg, en de ervaren uitkomsten van de zorg. Het onderzoek kan worden onderverdeeld in drie thema’s:   

  1. zorgevaluatie
  2. verbetering/ ontwikkeling van chirurgische technieken en 
  3.  inrichting van zorg rondom genderbevestigende chirurgie.  

1) Wereldwijd worden voor genderbevestigende chirurgische behandeling veel verschillende typen operaties en operatieve technieken aangeboden. Het is vaak het niet duidelijk welke technieken de beste resultaten geven en welke operatie het best passend is voor welk individu. De evaluatie van deze zorg is erg versnipperd. Binnen het thema zorgevaluatie worden betere en meer gestandaardiseerde uitkomstmaten ontwikkeld. Dit gebeurt samen met de transgender populatie en met zorgprofessionals, zowel nationaal als internationaal. Via de ontwikkeling van gestandaardiseerde uitkomsten sets (zogeheten Core Outcome Sets) kunnen we het internationale onderzoek standaardiseren en verschillende studies met elkaar vergelijken. Daarnaast zijn er meetinstrumenten ontwikkeld waarmee de ervaringen van transgender en gender diverse personen kunnen worden gemeten. Op deze manier kunnen we de voor- en nadelen van de verschillende operaties beter in kaart brengen. 

2) Binnen het thema verbetering/ontwikkeling van chirurgische technieken wordt onderzocht hoe de operatietechnieken verder verbeterd kunnen worden. De verbeteringen kunnen gericht zijn op minder risico op complicaties, een beter esthetisch resultaat, een betere functie, meer/beter gevoel, of opties die beter aansluiten bij wensen van de zorgvrager.  

3) Het thema inrichting van zorg rondom genderbevestigende chirurgie richt zich op verbetering van informatievoorziening en besluitvorming en op de inrichting van het individuele zorgpad. De ervaringen van cliënten met betrekking tot de besluitvorming, behandeling en het traject na de behandeling worden onderzocht. Ter ondersteuning van het beslissen worden keuzehulpen (www.genderaid.org) en andere informatievoorzieningen ontwikkeld. 

Promoties in 2023 en 2024: 

  • Floyd Timmermans promoveerde op onderzoek naar uitdagingen en verbeteringen in masculiniserende chirurgie van de borstkas. 
  • Lian Elfering deed onderzoek naar uitkomsten van masculiniserende genderchirurgie.
  • Müjde Özer richtte zich in haar promotieonderzoek op plastische genitale chirurgie en seksueel welbevinden.
  • Freek de Rooij promoveerde op onderzoek naar de impact van de wens staand te plassen op genderchirurgie voor transgender mannen. 

Passende zorg

Het streven is de zorg zodanig in te richten dat deze passend is bij de individuele behoefte van de zorgvrager. Ook hiernaar wordt wetenschappelijk onderzoek gedaan. Het onderzoek is grotendeels gebaseerd op ervaringen en expertise van de transgender personen zelf. Dit gebeurt veelal door het afnemen van interviews of focusgroepen. Voorbeelden zijn onderzoek naar het samen beslissen met kinderen, de counseling rondom fertiliteit en de besluitvorming over chirurgische behandelingen. Daarnaast is er lopend onderzoek naar rollen en verantwoordelijkheden bij het beslissen over genderaanpassende zorg. De onderzoeksresultaten worden zoveel mogelijk direct vertaald naar praktische toepassingen. Ook worden veel praktische hulpmiddelen ontwikkeld, zoals een digitaal zorgportaal, keuzehulpen en voorlichtingsmateriaal 

Publicaties

 

 

Klik hier

 

 

 

 

 

 

 

 

Onderwijs en opleiden

Het geven van onderwijs aan studenten en het opleiden van zorgprofessionals is een van onze kerntaken. Alle collega’s van het KZcG zijn hierbij betrokken. 

Onderwijs aan studenten

Binnen het Amsterdam UMC, tijdens de bachelorfase van de geneeskundestudie vormt transgenderzorg onderdeel van het vaste curriculum. Daarnaast kunnen studenten de minor Transgender medicine volgen, waarin alle facetten van de transgendergeneeskunde uitgebreider aan bod komen. Tijdens de masterfase krijgen alle coassistenten tijdens hun coschap Interne geneeskunde de mogelijkheid om mee te lopen op de polikliniek van het KZcG. Verder worden er regelmatig keuzecoschappen Transgender medicine georganiseerd voor studenten in het laatste jaar van hun opleiding.  
Ook buiten het Amsterdam UMC en de geneeskunde-opleiding wordt onderwijs gegeven in de vorm van verschillende (structurele) gastcolleges, bijvoorbeeld binnen faculteit bèta bij de studie Gezondheid en Leven van de Vrije Universiteit, pedagogiek faculteit van de Universiteit Utrecht.  
Het KZcG biedt (wetenschappelijke) stages aan voor studenten psychologie, geneeskunde en Gezondheid en Leven.  

Opleiden van zorgprofessionals

Tijdens de medisch-specialistische vervolgopleidingen heeft het KZcG een belangrijke rol in het opleiden van arts-assistenten. Er worden stages aangeboden binnen alle disciplines binnen het KZcG. Regelmatig bezoeken collega-medisch-specialisten uit binnen- en buitenland de polikliniek om ervaring op te doen en om deze kennis mee te nemen naar hun eigen zorginstelling. Onderwijs wordt op frequente basis (vaak multidisciplinair) gegeven aan psychologen, huisartsen (in opleiding), endocrinologen en gynaecologen. Enkele concrete voorbeelden zijn de ‘Kennis-middag transgenderzorg voor endocrinologen’, vast onderwijsblok binnen de postdoctorale GZ-opleiding binnen RINO Amsterdam en de RINO Groep . Daarnaast geven de verpleegkundig consulenten van KZcG onderwijs op de Amstel Academie aan obstetrieverpleegkundigen in opleiding.